Afgelopen week ben ik nog eens mentaal neer gegaan. Waarom maakt nu niet zoveel uit maar voor zij die geïnteresseerd zijn, vorige blog is op absoluut dieptepunt om twee uur ‘s nachts geschreven. Geen proza, geen goed bedachte woorden. In het heetst van de strijd zonder nadenken schrijven om te ventileren.
Ondertussen zijn we een paar dagen verder en sta ik weer op mijn eigen twee benen. Zoals altijd gaan ook de dalen voorbij. Er zijn een paar dingen die ik uit deze crash onthouden heb.
- Er is helemaal niets mis met af en toe mentaal op zijn. Herbronnen, tijd nemen voor mezelf, klagen en zeuren tegen vrienden, een combinatie die wonderen doet.
- Hoewel ik de oorzaak graag leg bij een afwezige huisarts, barstende hoofdpijn, een te drukke agenda, … de waarheid is dat ik weer eens botste op mijn autisme en te koppig was om dit vroeger in te zien waardoor ik niet tijdig ingreep. Blijven doorgaan, dat is wat ik aangeleerd kreeg. En dat is net wat ik niet mag doen. STOPPEN, rust, recuperatietijd inbouwen. In dit geval had ik enkele dagen rust nodig en niet hier en daar een uurtje.
Waarna het niet anders kon dan dat ik die oorzaak ook moest hanteren. Wat volgde was een open, eerlijk gesprek met mijn huisarts. Waarom telefonische afspraken voor mij eigenlijk niet mogelijk zijn. Telefoneren is een van die dingen waarin ik mijn grenzen het hardst voel. Volledige omschakeling naar sociaal gewenst gedrag. Te snelle en chaotische manier van communicatie waardoor ik heel veel info mis. Dagen van herbeleven van het telefoongesprek om te bekijken of ik nog informatie kan terughalen en alsnog plaatsen. De energie die nodig is voor een telefoongesprek van 2 minuten is immens. Geen realistische manier voor mij om te communiceren.
Een open en eerlijk gesprek na drie weken barstende hoofdpijn. Alle muren om me heen, alle beveiliging, alle kennis van hoe een gesprek best verloopt waren verdwenen. Het resultaat was wel degelijk eerlijke communicatie en dit zonder enige vorm van emotionele of rationele filter. Ik weet dat ik erg emotioneel was, het huilen me zeer nabij stond en ik gewoon vertelde. Ik herinner me niet meer wat ik juist vertelde, wat de reactie was en of er nu uiteindelijk iets afgesproken is. Maar het was wel degelijk dat wat ik nodig had. Het ventileren van datgene wat al weken zat te wringen. Mijn onkunde om telefonische contacten te hebben.
Ik blijf me verbazen hoe ik kan blokkeren op de meest voor de hand liggende dingen. Crashen omdat ik moet telefoneren. En toch, het is iets waarin ik zeker niet alleen sta. Het lijkt een vaak voorkomend probleem te zijn.
Geef mij maar geschreven taal. Veel trager, veel meer tijd om te bekijken/lezen wat de ander net bedoeld, tijd om deze info te verwerken en rustig de tijd nemen om een antwoord te formuleren.
Ook mogelijk: een face-to-face gesprek in een rustige omgeving. Dat is waarschijnlijk nog mijn meest favoriete manier van communicatie.
Nog geen commentaren