Al van kinds af ben ik geen super goede slaper. Hoewel ik goed in slaap val, nachtmerries zijn schering en inslag. En dan spreek ik niet over een nachtmerrie per keer, maar een stuk of tien. Zoals alles in het leven, als je iets doet, doe het dan ineens goed.
Het afgelopen jaar merkte ik dat ik veel beter slaap. De opgebouwde trucjes lijken te werken en ik kan zowaar genieten van een goede nachtrust. Met perioden loopt het goed en soms, zoals nu, loopt het weer van geen kanten. De laatste twee weken heb ik geen enkele nacht zonder nachtmerries gekend. En hoewel ik hier wel aan gewoon ben, het verstoorde slaapritme maakt me nog steeds moe. Maar de wetenschap dat ook deze periode weer voorbij gaat, maakt het draaglijk.
Mijn repertoire trucjes werd weer afgestoft en toegepast.
Een wandeling door de dag zodat mijn lichaam de nodige energie verbruikt heeft.
Geen schermpjes een uur voor ik naar bed ga. Niet alleen voor het blauwe licht, maar ook om me te onttrekken aan alle geweld, drama, soap-opera gehalte dat dan aan me voorbijkomt. Als ik bijvoorbeeld nog een aflevering NCIS kijk, dan ga ik slapen met een hoofd vol geweld. Logisch toch dat ik dan nachtmerries heb!
Niet eten of drinken in de twee uur voor ik naar bed ga. Gecombineerd met gezonde voeding overdag zodat mijn darmen de nodige rust kennen.
Eigenlijk klinkt dit allemaal logisch. En als je boeken leest, dan kom je deze dingen wel eens tegen. De ene omschrijft het al mooier dan de andere. In het boek “Stilte, luisteren in een wereld van lawaai” geschreven door Thich Nhat Hanh kwam ik een passage tegen die hiermee samenhangt, dus ik citeer even.
“We weten allemaal wat eetbaar voedsel is, het eten dat we fysiek kauwen en doorslikken. Maar dit is niet het enige soort voedsel dat we als mens consumeren, het is slechts één van de soorten.
…
Er zijn vier verschillende soorten voedsel die iedereen iedere dag tot zich neemt. … Dit zijn: eetbaar voedsel, zintuiglijke indrukken, wilskracht (mentale wilshandelingen), en (zowel individueel als collectief) bewustzijn.
…
Al dit voedsel kan zowel gezond als ongezond zijn, zowel voedend als giftig, afhankelijk van wat we consumeren, hoe we consumeren en de mate waarin we ons bewust zijn van wat we consumeren. We eten bijvoorbeeld weleens junkfood waardoor we misselijk worden, of we drinken te veel wanneer we overstuur zijn in de hoop dat we onszelf hiermee afleiden, ook al voelen we ons naderhand nog beroerder.
Met het andere voedsel gaan we op dezelfde manier om. De media, als zintuiglijk voedsel, gebruiken we misschien nog bewust voor gezonde en informerende doeleinden, maar mogelijk ook voor videospelletjes, films, tijdschriften en soms zelf roddel, allemaal om ons lijden maar niet te hoeven voelen.”
Eigenlijk staat hier gewoon hetzelfde. Je neemt een hele dag dingen tot je en dat dringt door. Als ik mij voed met geweld op TV, games, … dan is het niet verwonderlijk dat ik hierover droom. Het gaat zelfs verder dan dat. Als ik constant gewelddadige films zou kijken en iemand steekt mij bijvoorbeeld in de rij aan een kassa voorbij, waarom zou ik dan geen geweld gebruiken? Ik heb mij immers constant gevoed met informatie die aangeeft dat dit ok is. Elk voedsel dat we tot ons nemen, dringt door tot onze ideeën. En onze ideeën dringen door tot ons handelen. Ik probeer me dus bewust te zijn van welk voedsel ik tot mij neem. En sinds ik dit bewuster doe, heb ik veel minder nachtmerries, maar ook veel minder stress doorheen het dagelijks leven.
En toch blijven er perioden waarin niets lijkt te helpen. Wat ik ook doe of probeer, de nachtmerries blijven komen. Het enige dat dan soms nog wil helpen is voor het slapengaan een romantische komedie. Dan kruip ik altijd goedgemutst het bed in. Nachtmerries lijken hiertegen bijna niet bestand. Maar dat kan natuurlijk ook zijn omdat er dan in het echtelijke bed niet veel geslapen wordt.