Ken je dat gevoel dat je uitkijkt naar iets en op het laatste nippertje toch afhaakt? Ergens in je planning is er één obstakel zo groot dat het onoverkoombaar lijkt. Het overkwam me vorige maand.
Ik had met een vriend afgesproken voor een wandeling en museumbezoek. Een veilig sociaal contact en dat ten tijde van corona. Niet over nadenken, gewoon doen. We hadden ergens afgesproken en zouden samen verder gaan met de bus. Yep, dat was het, ik kon niet. Ik weet nog altijd niet waar ik me het meeste aan stoor.
- een afspraak annuleren waar ik zo naar uitkeek
- het blokkeren op het gebruik van een bus
- de schaamte en dit niet alleen naar de buitenwereld maar voornamelijk naar mezelf. Wie kan er nu geen bus nemen!
In mijn aanvraag vaph staat onder andere de vraag voor begeleiding om me dit te leren. Het klinkt misschien heel stom, hoe moeilijk is het om een bus te nemen? Geloof me vrij, enorm moeilijk. Je kan je trouwens niet voorstellen welke drempels ik allemaal zie.
- Hoe kom je tegenwoordig aan een kaartje?
Lach niet, ik vroeg het ondertussen een tiental mensen die allemaal zeiden: das gemakkelijk – via de app. Geen enkele die de gsm nam en me de app toonde, uitlegde hoe dat werkt en effectief met mij de bus nam om dat concreet praktisch uit te leggen. - Waar stap ik op?
- Welke bus?
- Wanneer stap ik af?
- Werkt dat nog altijd met van die belletjes zoals 25 jaar geleden?
- Om hoe laat rijd de bus?
- Hoe zoek ik al die info zelf op?
- …
Los van het feit dat ik eenmaal op de bus na drie straten mijn oriëntatie helemaal kwijt ben en echt niet meer weet waar ik nu weer moest afstappen. De trein stopt tenminste nog bij elke halte en kan je op een bordje lezen of je er bent of niet. Bij een bus mag je dat vrolijk zelf uitzoeken. En ja, mijn oriëntatie is zo slecht. Nope, denk nog véél slechter dan je je nu inbeeldt en vermenigvuldig dat een keer of tien. 😉
Los daarvan stel ik eisen aan diegene die me dit gaat leren. Ik moet er vertrouwen in hebben dat ik veilig ben. Dat ik ‘stop’ kan zeggen wanneer het me teveel wordt. Dat er niet boos gereageerd wordt wanneer ik ‘stomme’ vragen stel. Dat ik mezelf mag zijn met schaamte, angst en eventueel stimgedrag.
Dat gezegd zijnde: ik wil de bus leren nemen. Ik bots niet graag op mijn grenzen. Ik ben te koppig om toe te geven aan mijn grenzen. Ooit zal ik ook deze berg overwinnen en de bus nemen.